Vandaag, 1 jaar na de operatie, heb ik voor het eerst een volledige controle gehad: mammografie, echografie en bloedcontrole.
Ik zag er als een berg tegen op, tegen die mammografie, om niet te zeggen dat ik er behoorlijk schrik van had. Al weken speelde dat zinnetje door mijn hoofd: brr, bah, ik moet binnenkort terug naar de mammografie.
Enkel en alleen omdat ik er allesbehalve leuke ervaringen mee heb: harde ijzeren platen die mijn borst pletten, ruwe handen van ruwe dokters die aan mijn borst sleuren en wringen om ze ‘behoorlijk’ tussen die platen te leggen. In mijn ogen zijn dat echt middeleeuwse toestanden, uitgevonden door mannelijke dokters die nooit naar de mammografie moeten.
Toen dacht ik: Kom zeg, nie neuten, nie trunten, nie pleuije. De operatie, de bestralingen kon ik wel aan, we gaan nu toch niet zeveren over een onnozel onderzoekje. En toch, de schrik bleef, ondanks mijn inwendige peptalk.
Mijn linkerborst heeft dus nu een litteken aan de zijkant en als er iemand per ongeluk tegen stoot, doet dat nog steeds behoorlijk pijn. Dat doet vooral soms nog dagen lang pijn, zo’n zeurderige vervelende pijn. En daar had ik nu helemaal geen zin in. Het is nu wel welletjes geweest met die pijn, pijn genoeg gehad, denk ik. Ik stond echt niet te springen om opnieuw naar dat marteltuig te gaan.
Ik had al aan de huisarts gevraagd of ik die mammografie niet mocht inwisselen voor een echografie. Zacht gewrijf met wat pasta in plaats van pletten en persen. En nee, dat kon niet. Het blijkt dus dat je op een mammografie andere dingen ziet dan bij een echografie. En zomaar het risico nemen dat ze iets over het hoofd of over de borst zouden zien, dat doe ik dan ook weer niet.
Dus ik ging met loden benen naar binnen. Tot mijn opluchting was het een vrouwelijke dokter.
‘Mag ik jou iets vragen? Wil je me alsjeblief geen pijn doen?’ vroeg ik zoals een klein kind.
Die dokter lachte en zei dat het geen pijn zou doen. Ik deed heel mijn verhaal over schrik, over pletten, over littekens, over elleboogstoten. Ze garandeerde me dat ik achteraf zou zeggen dat het geen pijn gedaan had. Ze had zelf ook borstkanker gehad en wist waarover ze sprak, zei ze.
Ik keek naar de mammomachine, of noemt zo iets, en zag dat het een uiterst modern geval was met afgeronde plastic platen. Een moderne versie blijkbaar van de apparatuur waar ik tot vorig jaar mee geconfronteerd werd. Ik heb me dan maar totaal overgegeven aan die vriendelijke vrouwelijke dokter.
Het deed géén pijn! Het was vervelend, het was lastig maar het deed géén pijn. Oef, opluchting en doorschuiven naar het lokaaltje voor de echografie.
Daar kwam een piepjonge dokter, ook al weer een vrouw, eerder een meisje eigenlijk en die onderzocht mijn borsten zo grondig en zo zacht en zo vriendelijk dat ik haar achteraf bedankte.
En ja… de specialist was heel tevreden met alle resultaten. En ik dus ook 🙂
Alles was ok, prima en zeer goed.
‘Overweeg je nog steeds niet om anti-hormonale medicatie te nemen’, vroeg hij.
‘Balange niet, waarom zou ik, je bent toch heel tevreden.’
‘Dat is waar’, zei hij.
En daarna ik ging ik naar de carwash, naar de kapper en kocht ik mezelf een knalrode broek.